Stedendriehoek online magazine wordt geladen

Dit magazine is het best te bekijken in Internet explorer 9 of hoger, Firefox, Safari of Chrome

Edities

  • Stedendriehoek
    Nummer 1
  • Stedendriehoek
    Nummer 2
  • Stedendriehoek
    Nummer 3
  • Stedendriehoek
    Nummer 4
  • Stedendriehoek
    Nummer 5
  • Stedendriehoek
    Nummer 6
  • Stedendriehoek
    Nummer 7
  • Stedendriehoek
    Nummer 8
  • Stedendriehoek
    Nummer 9
  • Stedendriehoek
    Nummer 10
  • Stedendriehoek
    Nummer 11
  • Stedendriehoek
    Nummer 12
TweedE JAARGANG NR. 2 JULI 2015

> MFC Klarenbeek:
voor en door bewoners

Een greep uit de resultaten van Regiocontract.

Werken voor de regio

Beleef de Stedendriehoek deze zomer!

Update prijsvraag Eo Wijers door voorzitter Hans Leeflang.

Van de regiovoorzitter

Cultuur aan tafel!

Tafelnieuws van Leert en Werkt.

Afval in de regio: hoe zit dat?

MFC: van en voor Klarenbeek

Mede dankzij geld uit het programma vitale dorpen en steden uit het Regiocontract, kon het multifunctionele centrum Klarenbeek worden gebouwd. En bijdragen aan de vitaliteit van het dorp doet dat nieuwe gebouw zéker.

Boven in het horecagedeelte van het multifunctionele centrum (MFC) in Klarenbeek hangt een mooie plaquette. ‘Met elkaar. Voor elkaar.’, staat erop. Een cadeautje van Klarenbeeks Belang, voor de 180 bouwvrijwilligers die meewerkten aan de totstandkoming van het nieuwe gebouw. Samen werden zij in 2015 Vrijwilliger van het Jaar.

Bart Brouwer

De inzet van vrijwilligers uit het dorp wás ook geweldig, vindt Bart Brouwer. De voorzitter van de Stichting MFC Klarenbeek geeft geroutineerd een rondleiding door het nieuwe gebouw. Hij toont de grote sporthal – een langgekoesterde wens van Klarenbeek – waar eind mei ruim vijfhonderd bezoekers de opening van het nieuwe complex vierden. Dan langs de prima toegeruste kleedkamers voor de binnensporten, de voetbalafdeling met kleedruimten en bestuurskamers, het jeugdhonk voor de recent opgerichte Jeugdclub Klarenbeek en buiten natuurlijk de kunstgrassportvelden.

Boven, in de royale horecaruimte, zegt Brouwer: “Deze tussenwand kun je dichtschuiven. Als op dinsdagavond de muziekvereniging hier oefent, hoor je aan de andere kant echt niets!” Het gebouw is zo ontworpen dat het voor verschillende groepen te gebruiken is. Inderdaad: multifunctioneel dus.

Trots

Dat het MFC er gekomen is: ook Yolanda Winkelhorst, directeur-bestuurder van IJsseldal Wonen en Bernard Hoogeslag van de gemeente Voorst, zijn er blij mee. En ze zijn er trots op ook. “Alle eer gaat wel naar de Sportclub Klarenbeek en naar de Stichting MFC”, vindt Hoogeslag. “Als gemeenten hebben wij alleen gefaciliteerd.” “En wat denk je van alle vrijwilligers”, vult Winkelhorst aan. De saamhorigheid in het Klarenbeekse heeft indruk gemaakt. “Er is met enorme volharding doorgezet”, vindt zij. “En moet je zien wat hier nú staat.”

Bernard Hoogeslag

“In 2003 is een Dorpsvisie gemaakt voor Klarenbeek”, vertelt Hoogeslag. “Waar nu dit nieuwe centrum staat, zouden zo’n 135 woningen komen. Ook zou een sporthal gebouwd worden, een lang gekoesterde wens van de Sportvereniging.” Maar toen kwam de recessie en nieuwbouw bleek in die omvang niet langer mogelijk. Een teleurstelling.

Toch ging Sportclub Klarenbeek niet bij de pakken neerzitten. Nadat met een renteloze lening van de gemeente Apeldoorn (Klarenbeek ligt op gemeentegrond van Apeldoorn én Voorst, red.) kunstgrasvelden waren aangelegd, werd opnieuw ‘gewerkt’ aan realisatie van die sporthal. Met steun van de leden werd samen met de gemeenten Voorst en Apeldoorn een plan gemaakt om niet alleen een sporthal te maken, maar een centrum dat door veel meer verenigingen in Klarenbeek gebruikt kon worden. Dat was het papieren begin van MFC Klarenbeek, vertelt Hoogeslag.

“Met dat plan kregen we ook de financiering uit het Regiocontract rond, dankzij cofinanciering van woningcorporatie IJsseldal Wonen”, licht Brouwer toe. “Ook zijn subsidies binnengehaald. We zijn ook in Klarenbeek de boer op gegaan met de vraag of plaatselijke verenigingen zich wilden verbinden aan het plan.” De gemeente Voorst droeg financieel bij door een laagrentende lening en de gemeente Apeldoorn met een bijdrage uit het Fonds bovenwijkse voorzieningen.

Filmpje MFC

Bekijk hier een filmpje over MFC Klarenbeek dat werd gemaakt om Klarenbeek te binden aan het nieuwe gebouw. Veel plaatselijke en regionale sponsoren steun(d)en het MFC.

Zelf aan de slag

Na heel veel plussen en minnen bleek dat de begroting rond zou kunnen komen, mits Klarenbeek voor 300 duizend euro zélf zou bouwen. De leden stemden in en voegden daad bij woord. Zo’n 180 vrijwilligers uit het dorp werkten mee. “Elk bouwonderdeel had een eigen coördinator. Wekelijks was er bouwvergadering met de plaatselijke aannemer die het pand bouwde, de installateurs en de coördinatoren van de vrijwilligers om de dagplanning af te stemmen”, illustreert Brouwer. “Als je in die tijd in de bestuurskamer kwam hing de wand vol met planningen met namen erop”, weet Hoogeslag nog. Elektra, schilder- en timmerwerk en de complete bestrating: het werd allemaal zelf gedaan.

“De saamhorigheid is juist dankzij die bouwerij verder verstevigd”, constateert Brouwer. Nu het MFC er staat ontstaat nog meer verbinding. Zo kon de Sportclub Klarenbeek al honderd extra leden inschrijven sinds begin 2015. Op woensdagochtend is er inloop, de dorpscontactpersonen doen actief mee, er starten wandeltochten vanaf het MFC en binnenkort gaan de twee plaatselijke basisscholen samen gebruikmaken van de sporthal voor de gymlessen. De groepen gaan gelijktijdig sporten. Alweer zo’n voorbeeld van verbinding die ontstaat.

Yolanda Winkelhorst

Inmiddels wordt intensief gewerkt aan de woningbouwplannen. Deze zomer wordt naar verwachting het bestemmingsplan vastgesteld voor de bouw van negentig woningen. IJsseldal Wonen tekent voor twaalf ervan. “Een goed plan dat aansluit bij de behoeften van Klarenbeek”, denkt Winkelhorst. Zij is blij dat het MFC er is gekomen. “In de huidige tijd waarin woningcorporaties zich moeten richten op hun kerntaak zouden we zo’n MFC niet meer financieel mogen steunen. Terwijl zo’n gebouw wel van heel belangrijk is voor de leefbaarheid in een kleine kern als Klarenbeek.”

Yolanda Winkelhorst, directeur-bestuurder van woningcorporatie IJsseldal Wonen, Bernard Hoogeslag van de vakgroep Economie en Grondzaken van de gemeente Voorst en Bart Brouwer, voorzitter van Stichting MFC Klarenbeek.

Van de regiovoorzitter

Het zijn de resultaten die tellen...

In deze zomereditie weer veel nieuws over ontwikkelingen in onze mooie regio Stedendriehoek.
Met velen werken we daar hard aan, vanuit de overheid, met ondernemers,  onderwijs, en last but not least, de inwoners. Al die inspanningen worden beloond, we oogsten veel resultaten.
Neem bijvoorbeeld het Regiocontract dat eind dit jaar afloopt. Wat een prachtige projecten zijn daaruit voortgekomen, zie de artikelen over het Multifunctioneel Centrum Klarenbeek, het nieuwe havendienstgebouw op vliegveld Teuge en De Grift.

Ook veel resultaten vanuit de Tafels Werkt,  Leert en Culturele Programmering . Zo loopt dit jaar het Akkoord van Beekbergen  -met  daarin ambitieuze afspraken over onderwijs en arbeidsmarkt- af. Inmiddels zijn er tal van projecten gestart of doorontwikkeld. Verder een interview met Alex Kühne, directeur van de Deventer Schouwburg over de plannen voor regionale samenwerking op het gebied van cultuur.  

We kijken terug op anderhalf jaar Slim Reizen Stedendriehoek met ook hier veel concrete resultaten: de geslaagde fietsactie, een nieuwe buslijn in Apeldoorn en nog meer maatregelen die de bereikbaarheid van onze regio verbeterden. Deze succesformule zetten we tot zeker 2017 voort.
Verder blijven we ons als regio inspannen op het gebied van duurzaamheid en energieneutraliteit: We mogen best trots zijn op onze inspanningen op het gebied van afval: in de regio Circulus-Berkel waar oa. de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe, Lochem en Zutphen deel van uitmaken gaat gemiddeld 149 kilo per jaar per huishouden richting grijze container terwijl dit landelijk 240 kilo is.
De ontknoping van de Eo Wijersprijsvraag nadert met rasse schreden:  Hans Leeflang, voorzitter van de Eo Wijersstichting licht alvast een tip van de sluier op. Op 11 september weten we welk  idee heeft gewonnen. Begin juli start de reizende tentoonstelling met alle 24 inspirerende energieneutrale ideeën. Nog meer zomertips? Kijk in de rubriek Beleef de Stedendriehoek voor ontspannende activiteiten in onze prachtige natuur.
Geniet van uw welverdiende vakantie!

 

Andries Heidema
Voorzitter regio Stedendriehoek

Resultaten Regiocontract zichtbaar

Eind 2015 loopt het Regiocontract af. Met nog een half jaar te gaan, presenteert programmamanager Maikel Swaters alvast een greep uit de resultaten.

Het Regiocontract 2012-2015 omvat vijf programma’s waarvoor de provincie Gelderland vanuit het programma Stad en Regio subsidie verstrekt aan de Stedendriehoek. Dit geld gaat naar: duurzame economie (overheid, onderwijs en ondernemers, duurzame economie, energieneutraal, vitale steden en dorpen, cultuur en landschap en sociale kracht.

“Elk programma kent projecten en subprojecten”, legt Maikel Swaters, sinds eind 2014 programmamanager Regiocontract. “Die worden door provincie, gemeenten en ‘derden’ (onderwijsinstellingen, bedrijven, et cetera) medegefinancierd en uitgevoerd. Dat heeft al veel resultaten opgeleverd, maar er zijn ook projecten die juist aan het einde van deze contractperiode ‘oogst’ opleveren. Verdere spin-off van de projecten gaan we de komende jaren zien in de vorm van economische ontwikkeling, duurzaamheid en leefbaarheid.”

Zonder compleet te kunnen zijn licht Swaters er graag een aantal resultaten uit. Neem het Multifunctioneel Centrum Klarenbeek (zie in dit e-zine), de centrumontwikkeling in Epe of het nieuwe havendienstgebouw op vliegveld Teuge. Noorderhaven in Zutphen komt er ook dankzij een bijdrage uit het Regiocontract.

Op 8 april 2015 werd het nieuwe Havendienstgebouw op Teuge geopend. Het is volledig energieneutraal gebouwd.

In Apeldoorn werd de beek De Grift weer zichtbaar in de stad. Diverse centra waarin onderwijs en bedrijfsleven samenwerken zagen met steun uit het Regiocontract het licht. In Zutphen ging het Cleantech Center open, in Deventer de Technicampus en in Apeldoorn het Centre of Excellence for New Media. Scholen konden investeren in zonne-energie en ‘sociaal’ werd de zogenoemde kanteling in zorg ondersteund. Ook zijn de ‘Scoort’ projecten ontstaan. Die stimuleren ondernemers om hun expertise en netwerk in te zetten om werk te vinden voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

In de 14e eeuw ontstond de beek De Grift, die later een aantal watermolens voedde in Apeldoorn. De Grift werd gebruikt voor de olie- en kopermolenindustrie en vele wasserijen. Toen die verdwenen, verdween de beek grotendeels ondergronds. Dat is grotendeels hersteld, in diverse fasen. Grote stukken van de beek zijn nu weer te zien, ook vanaf het fietspad dat ook mede dankzij het Regiocontract aangelegd kon worden.

“Allemaal projecten die zonder bijdrage uit het Regiocontract niet, minder uitgebreid of pas veel later gerealiseerd hadden kunnen worden”, concludeert de programmamanager.

Nu het Regiocontract eind 2015 afloopt is de vraag: hoe verder? “De nieuwe coalitie in Gelderland gaat de werkwijze vernieuwen. Meer dan in de vorige periode staan gebiedsgerichte opgaven centraal, aansluitend bij de Omgevingsagenda”, legt Swaters uit. “Hoe dit vertaald gaat worden in concrete programma’s is nu onderwerp van gesprek. Het komende half jaar wordt meer duidelijk.”

Eo Wijers: rijke oogst

Hans Leeflang

“Liefst 24 inzendingen voor de Eo Wijers-prijsvraag! Da’s mooi”, vindt voorzitter van de Eo Wijers-stichting, Hans Leeflang. “En belangrijker: die beloven veel kwaliteit.” En dan is het nu afwachten: welke ruimtelijk onderzoekers, ontwerpers en ontwikkelaars staan 11 september als winnaars te glunderen, tijdens een speciale bijeenkomst in het Havenkwartier in Deventer?

Natuurlijk kan Hans Leeflang niets loslaten over juryberaden en –beslissingen. Maar dat de Eo Wijers-prijsvraag 2015 een “rijke oogst” oplevert voor de Stedendriehoek wil hij wél vast melden.

“Als één ding duidelijk is dankzij de diversiteit van de inzendingen is dat er niet één antwoord is op de uitdaging van de Stedendriehoek om in 2030 energieneutraal te zijn. Dat wordt vast een geweldige tentoonstelling.” Alle ideeën en ontwerpen voor een energieneutrale Stedendriehoek krijgen namelijk een royaal podium: er is een reizende tentoonstelling te zien. Die begint in het gemeentehuis van Lochem. Van 3 tot en met 17 juli is daar '24 ideeën voor een energieneutrale Stedendriehoek’ te zien. Een mooi voorprogramma van de prijsuitreiking. Na Lochem is de tentoonstelling ook te zien in Deventer, Apeldoorn, Zutphen, Voorst, Epe, en Brummen. 

Van de “zeer ambitieuze doelstelling” om de transitie naar duurzame energie daadwerkelijk vorm te geven en in te passen in het landschap, wordt Hans Leeflang blij. “Daarom is de keuze natuurlijk ook op de regio Stedendriehoek gevallen voor 2015.” Of die mooie plannen straks daadwerkelijk ook omgezet worden in acties, is zeer te hopen, onderstreept Leeflang.

Betrokkenheid regio essentieel

Tien jaar Eo Wijers-prijsvragen leert dat dit sterk afhangt van de combinatie ‘aanstekelijk idee’ én leiderschap. Zijn bestuurders en beslissers werkelijk ontvankelijk voor vernieuwing? Die vraag blijft altijd spannend. Tot nu toe staan de seinen op groen, getuige het enthousiasme dat Leeflang proeft in de regio, bij de betrokken gemeenten, provincies, instellingen en bedrijven. “Het ziet er veelbelovend uit.”

Essentieel voor de realisatie van die ambitieuze duurzame energiedoelstelling is de betrokkenheid van inwoners van de regio, stelt Leeflang. “De regio zal nieuwe wegen moeten inslaan en ingrijpende beslissingen moeten nemen. Dat moet gedragen worden door bewoners en bedrijven. Hopelijk helpt zo’n tentoonstelling daarbij."

Laat je zien

“Stedendriehoek: laat vooral zien wat je wilt, wie je bent en waar je goed in bent”, is de oproep van de voorzitter. “Overal worstelen regio’s met energietransitievraagstukken, die kunnen van de Stedendriehoek leren. Over de ruimtelijke inpassing van maatregelen en oplossingen voor de energietransitie hebben we het nauwelijks in ons land. Dat zal na deze prijsvraag hopelijk veranderen.”

Lees meer …

Eo Wijers was directeur van de Rijksplanologische dienst. Door zijn denken over ruimtelijke kwaliteit is de Eo Wijers-stichting geïnspireerd. Eo Wijers stond pal voor een regionale visie op ruimtelijke ontwikkeling. En dat doet de stichting die zijn naam draagt, nog steeds. Al ruim dertig jaar organiseert de Eo Wijers-stichting spraakmakende prijsvragen om Nederland mooier te maken met behulp van ontwerpers, burgers en bestuurders. De stichting steunt bovenlokale samenwerking die regionale gebiedsontwikkeling versterkt. Meer info op www.eowijers.nl. Volg de stichting ook op Twitter.

Regioresultaten

Bestuurders Stedendriehoek massaal aanwezig op VNG-Jaarcongres

Op 2 en 3 juni vond in het Omnisportcentrum in Apeldoorn het VNG-Jaarcongres plaats. Het congres stond in het teken van ‘Dichtbij, dialoog en democratie’ en trok zo’n 2500 burgemeesters, wethouders, gemeentesecretarissen en raadsleden. Ook regio Stedendriehoek ontbrak niet op het congres. In de gezamenlijke stand van de gemeente Apeldoorn en de Cleantech Regio Stedendriehoek kwamen de bestuurders van de regio bij elkaar om gastheer John Berends een goede bijeenkomst te wensen.
Meer info: www.apeldoorn.nl/vngliveblog

WK beachvolleybal in Apeldoorn

De wereldtop van het beachvolleybal doet Apeldoorn aan tijdens het WK Beachvolleybal. Apeldoorn is één van de vier speelsteden, naast Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Het WK wordt van 26 juni 2015 tot en met 5 juli 2015 gespeeld. In Apeldoorn staan poulewedstrijden en kwartfinales tot en met 2 juli op het programma. Daarna worden de (halve) finales gespeeld in Den Haag.

Update fietsruggengraat: routes worden uitgewerkt


De fiets kan een belangrijke rol spelen in de verbetering van de regionale bereikbaarheid. Daarom wordt gewerkt aan comfortabele en directe fietsverbindingen en snelfietsroutes. Deze belangrijke routes verbinden Apeldoorn, Deventer en Zutphen met elkaar en met de omliggende kernen. Eind 2014 zijn er vijf kansrijke routes aangewezen. Hoe staat het met de uitwerking daarvan?

1. De gemeenten Apeldoorn, Voorst en Deventer werken aan een snelfietsroute langs de provinciale weg en het spoor tussen Apeldoorn en Deventer. Een schetsontwerp is nu in de maak, net als een kostenberekening. Na de zomervakantie volgt een inloopavond om alle geïnteresseerden te betrekken bij de uitwerkingen. In september wordt de besturen van Apeldoorn, Deventer, Voorst, Overijssel en Gelderland gevraagd om bij te dragen aan de fietsvoorzieningen.

2. Voor de snelfietsroute Apeldoorn - Epe (over de voormalige spoorbaan) is een eerste maatregelenpakket uitgewerkt. In juli bespreken de bestuurders over een vervolgstap.

3. Voor de snelfietsverbinding Deventer –Zutphen (langs provinciale weg) is een informatieavond gehouden met belangengroepen en gemeenten. Ook is de route gefietst, waarna een maatregelenkaart wordt opgesteld, met bijbehorende investeringen.

4. Voor de route Apeldoorn - Dieren (langs kanaal of provinciale weg) starten dit najaar verkenningen.

5. Voor de route langs de A1 tussen Apeldoorn en Deventer zijn er plannen voor een fietsvoorziening op de A1-IJsselbrug en de A50-brug. Deze bruggen zijn nu alleen toegankelijk voor autoverkeer waardoor fietsers soms ver moeten omfietsen. Uitwerking van deze route volgt op de langere termijn.

Blijf bij: maatregelen voor de fietsruggengraat


Werken voor de regio

De Stedendriehoek is ‘light’ georganiseerd. De zeven samenwerkende gemeenten zetten hun bestuurders en ambtenaren in om te werken voor de regio. Hoe is dat? In de laatste aflevering van deze serie: Apeldoorn. Hinnie Bolt, Janneke Panneman, Huub Hooiveld, Harold van Ganzenwinkel, Lammert de Hoop en Ton Harpenslager over hun werk voor de regio.

“Nieuwe ontwikkelingen in de regio inspirerend”

Ton Harpenslager bereidt de bijeenkomsten van het Dagelijks Bestuur, de Regioraad en de Bestuurlijke Carrousel voor – samen met onder andere collega Gülay – en heeft veel contact met bestuursondersteuners, coördinatoren en bestuurders in de regio, over tal van onderwerpen. Juist die diversiteit maakt zijn werk interessant, vindt hij.

Lees meer

Het is steeds weer een klus: de voorbereidingen voor de bestuurdersbijeenkomsten over regionale thema’s. “Je wilt er natuurlijk een aantrekkelijk programma van maken”, legt Ton uit, “dat uitnodigt om erbij te wíllen zijn. Er moet veel besproken en besloten worden en bestuurders willen ook de tijd hebben om elkaar te ontmoeten.” Inderdaad: een heel gepuzzel. Naast alle bestuursvoorbereidende taken, is Ton ook verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering van het bureau. “Kwartaalrapportages, de begroting en jaarrekening”, somt hij op, “ik werk nauw samen met de Regiocontroller.”

Ton draait al heel wat jaren mee in en voor de regio. “De sfeer is goed en ik vind dat er dankzij samenwerking veel is bereikt. Gemoedelijk mét resultaat.” Ook binnen Bureau Stedendriehoek is het werkklimaat heel prettig. “Een leuk team met enthousiaste collega’s”, vindt Ton, die nu zo’n acht jaar onderdeel is van het bureau. “We hebben een grote mate van vrijheid. Ik heb het nog steeds ontzettend naar m’n zin.” Vooruit: één kritische kanttekening dan, na lang nadenken. Het valt niet altijd mee om vanuit alle gemeenten op tijd alle ‘stukken’ binnen te krijgen. “De tijdsdruk is soms groot.”

Saai is het in al die jaren nooit geweest, maar de huidige ontwikkelingen en profilering als Cleantechregio geven wel een inspirerende impuls, merkt Ton. “De samenwerking met bedrijfsleven en onderwijs zorgt ervoor dat we het nog meer met elkaar doen in de regio. Die nieuwe stappen boeien mij.”

“Je weet precies wat er in de regio speelt”

Persberichten maken, de eindredactie van de nieuwsbrief, speeches en voorwoorden schrijven, bijeenkomsten organiseren en webmaster van de Stedendriehoek Index: het is een greep uit de werkzaamheden van communicatieadviseur Janneke Panneman. Het leukste? Dit e-zine maken!

Lees meer

Wat er zoal op haar agenda staat in deze periode? “We zijn aanwezig op het congres van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en ik ben betrokken bij de organisatie van bijeenkomsten voor de Eo Weijersprijsvraag en de communicatie daarover”, doet Janneke een greep.

Natuurlijk is er een communicatieplanning, maar er komen ook vaak veel ‘tussendoorklussen’ langs. Nu is Janneke bovendien één dag per week voor de gemeente Apeldoorn aan de slag om daar de ontwikkeling van het sociaal jaarverslag te coördineren.

“Ik ben resultaatgericht en kan wat dat betreft hier mijn ei wel kwijt”, vindt Janneke. “Van het projectmanagement van de Stedendriehoek Index tot de realisatie van allerlei andere communicatiemiddelen: ik kan veel producten opleveren. Dit e-zine is wel het leukste om te maken. Dan realiseer ik me weer: wat gebeurt er toch veel in de regio!”

Ook de organisatie van bijeenkomsten of excursies hoort bij haar werk. Zo organiseert Janneke bijvoorbeeld het bezoek van de regiobestuurders aan de Open Days in Brussel.

De kleinschaligheid van het team en vooral de prettige en collegiale sfeer, de vrije rol die ze als communicatieadviseur heeft, de korte lijntjes met bestuurders en collega’s in de regio en contacten met tekstschrijvers, fotografen en vormgevers: dat zijn plussen van haar baan, vindt Janneke. “Je hoort en ziet veel en weet precies wat er in de regio speelt. Dat spreekt me ook aan. Je zit in deze functie overal bovenop.”

“Veel collega’s die energie stoppen in de regio”

Hinnie Bolt werkt als strateeg openbare ruimte. In haar portefeuille zit ook bovenregionale samenwerking. Ze doet hierdoor veel voorbereidend werk voor het Dagelijks Bestuur en werkt mee aan het regionale project Basismobiliteit: een samenhangend vervoersysteem voor een betaalbaar tarief voor alle inwoners, waaronder ook mensen met een functiebeperking. Ook Hattem en Heerde doen daaraan mee: dat rekt de regiogrenzen wat op.

Lees meer

Hoe kunnen we regionaal het beste slim samen zorgen voor vervoer voor iedereen? Aan dat vraagstuk werken veel collega’s in de regio. Op 1 januari 2017 moet er een ‘nieuwe’ uitvoeringsorganisatie staan via een gemeenschappelijke regeling. En dat vraagt heel wat voorbereiding en overleg. “Zeker voor mobiliteit geldt natuurlijk dat grenzen niet bestaan: je hebt altijd de regionale opgaven voor ogen.”

Het zijn dynamische tijden voor lokale overheden, die sterk aan het veranderen zijn. Zo ook Apeldoorn, dat ook zoekende is in nieuwe samenwerkingsvormen en netwerken binnen stad en regio. “Je wilt krachten bundelen en faciliteren, maar je moet als overheid ook het algemeen belang en individuele belangen blijven afwegen.” Ook aan de Tafels in de regio treffen ambtenaren en bestuurders ‘de samenleving’. Een prima ontwikkeling, maar er komen ook vragen naar voren. Hoe zit het met democratische legitimering? Ben je goed navolgbaar in je (overheids)handelen? Het antwoord ligt vooral in transparant opereren, denkt Hinnie, en werken vanuit een heldere gemeenschappelijke agenda.

Aan ‘grote’ thema’s geen gebrek in de regio, constateert Hinnie. Mobiliteit, wonen, werken, duurzame energie en natuurlijk Cleantech. “Hopelijk kunnen we als Cleantechregio ons mannetje staan in Nederland en Europa. Het kan ons op de kaart zetten.” En dat is dan de verdienste van vele collega’s, wil Hinnie onderstrepen. “Er zijn ook bij Apeldoorn veel mensen die hun energie stoppen in de regio.”

“Regionaal samenwerken levert extra netwerk op”

Dit jaar wordt de regionale Woonagenda vastgesteld, vertelt Harold van Ganzenwinkel. Daar vertelt hij als voorzitter van de Werkgroep Wonen graag over, want er is volop ‘woonactie’.

Lees meer

Woonkwaliteit, afstemming van het nieuwbouwprogramma, wonen met zorg en de sociale huursector: dat zijn de vier thema’s uit de Woonagenda, die naar verwachting binnenkort wordt vastgesteld. “Die laatste twee thema’s spelen zich grotendeels lokaal af”, licht Harold toe. “Voor die onderwerpen geldt dat we als samenwerkende gemeenten veel uitwisselen en van elkaar leren, onder meer door masterclasses te organiseren.”

Wat betreft woonkwaliteit en woningenvoorraad zoeken de gemeenten elkaar intensiever op en werken nauw samen, onder meer in de Tafel Woonkwaliteit. “We delen steeds meer en onze publiek-private samenwerking heeft veel opgeleverd”, vertelt Harold. “Daar ben ik best trots op.” Zo is een aantal onderzoeken gedaan en werd een mooie monitor opgeleverd om woonkwaliteit in kaart te brengen. Daarmee hebben gemeenten een instrument in handen om effectief te sturen op maatregelen die woonkwaliteit beïnvloeden.

Naast dit soort goede resultaten, vindt Harold ook de regionale samenwerking zelf waardevol. “Je bent vaak zo druk met de waan van de dag dat je gewoon de tijd niet neemt voor kennisdeling en uitwisseling, zelfs niet met je buren. Door onze regionale samenwerking doe je dat wél. Regionaal samenwerken levert je een extra netwerk op. We kijken in elkaars keuken maar zijn ook steeds intensiever met elkaar in gesprek en stemmen in toenemende mate écht af waar dat nuttig is.”

“Cleantech? Mooi. Nu concrete resultaten boeken”

Economische versterking van de regio met voldoende werkgelegenheid en een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Met die thema’s houdt Lammert de Hoop zich in de Stedendriehoek intensief bezig. Vooral de Cleantech Agenda is leidraad. En hij is trekker van de Cleantech1000. Dat zet duurzame bedrijven in de Stedendriehoek in de etalage.

Lees meer

Cleantech? Prima. Cleantech Agenda? Nog mooier: het is een economische kans. “Nu concrete resultaten boeken”, is de oproep van Lammert. “Ik ben blij met de stappen die zijn gezet. Er ligt nu een totaalprogramma. Nu moet dat inhoud gaan krijgen.”

Wie aan Tafels aanschuift, moet dat in elk geval doen met de intentie om ook concreet aan de slag te gaan, vindt Lammert. “Het moet niet bij praten en projectplannen opstellen blijven. Ook doén en verantwoordelijkheid nemen.” Als het aan Lammert ligt, voeren bedrijven en instellingen, gemeenten, onderwijs en ook inwoners in de regio actief projecten uit. Gelukkig zijn er goede voorbeelden.

“In Apeldoorn heeft het Waterzuiveringsschap bijvoorbeeld een geweldig mooi project”, vertelt hij enthousiast. De waterzuivering van rioolwater levert energie op voor honderden huishoudens. En er worden grondstoffen als kunstmest en fosfaten teruggewonnen.” Kijk: dat zijn nu de voorbeelden om Cleantech en circulaire economie mee te profileren. “Ik heb het idee dat er in de regio ontzettend veel gebeurt bij bedrijven, gemeenten en kennisinstellingen, maar we weten het lang niet altijd van elkaar.” Ook op andere terreinen is het goed dat veel wordt uitgewisseld en samengewerkt. “Neem de actualisatie van het programma bedrijventerreinen waarin vastgoedleegstand een belangrijk onderdeel is. “We kunnen als gemeenten en marktpartijen veel van elkaars oplossingen leren.”

Regionaal samenwerken heeft veel voordelen, maar een nadeel is dat het vaak veel tijd vergt om capaciteit en een gezamenlijke aanpak te organiseren, vindt Lammert. “Dat gaat sneller binnen je eigen gemeente.”

“Als regio voortdurend opbrengsten zichtbaar maken”

Huub Hooiveld is strategisch adviseur bij de gemeente Apeldoorn en coördineert voor de regio Stedendriehoek het Agendathema Leefomgeving. Huub is van huis uit planoloog en adviseert voornamelijk over fysieke en ruimtelijke ontwikkelingen in stad én regio. “Helpen keuzes maken en koers bepalen”, vat hij samen.

Lees meer

Wonen, werken, reizen: mooi als je daar in beleidsontwikkelingen samenhang in kan aanbrengen in de regio, vindt Huub Hooiveld. “In de Stedendriehoek is dat gezien de afstanden waarbinnen mensen zich bewegen ook vanzelfsprekend.” Huub kijkt met plezier terug op de ontwikkeling van de nieuwe Omgevingsagenda, waarbij regio Stedendriehoek, de provincie Gelderland en de Strategische Board Stedendriehoek nauw samen optrokken. “Een mooi en spannend proces.”

Het resultaat: belangrijke opgaven en thema’s waaraan gewerkt moet worden, hopelijk ook samen met Overijssel. Denk aan leegstaande kantoorpanden bijvoorbeeld: daarover zou regionale en provinciale afstemming érg handig zijn. Maar ook de versterking van binnensteden en dorpskernen is zo’n ‘overstijgend’ vraagstuk.

“Alle partners hebben de intentie uitgesproken om zich aan de Omgevingsagenda te committeren”, meldt Huub, “ik hoop van harte dat zij ook middelen en menskracht vrijmaken om vliegwielprojecten uit te voeren en dat ook het bedrijfsleven gaat meedoen.” Cleantech als gemeenschappelijke groene draad daarin, helpt zeker mee. “Er zit energie op, om het zo maar eens te zeggen.”

In vergelijking tot een aantal jaren geleden is het steeds lastiger om menskracht te organiseren voor de regio, merkt Huub. “Iedereen onderkent het belang van regionale samenwerking, maar gemeenten moeten het door bezuinigingen met steeds minder mensen doen. We moeten als regio voortdurend dus héél goed zichtbaar maken wat onze opbrengsten zijn. De regio werkt alleen als gemeenten er ook iets aan hebben en zichzelf erin herkennen.”

Tafel Leert en Werkt in conclaaf over 2016 en verder

Eind 2015 loopt het Akkoord van Beekbergen af. Er is sinds de ondertekening ervan in 2013 véél gedaan en bereikt. Secretarissen Martine Witteveen van de Tafel Werkt en Chris Lorist van de Tafel Leert doen een greep uit de resultaten. En geven vast een klein doorkijkje naar 2016 en verder.

Twee jaar geleden werd het Akkoord van Beekbergen ondertekend. Vertegenwoordigers uit/van het onderwijs, onderzoek, overheid en ondernemers – ook wel de vier ‘o’s’ - maakten samen afspraken over onderwijs en arbeidsmarkt. Doel: vraag en aanbod goed op elkaar afstemmen en slim samenwerken om te komen tot die gewenste duurzame arbeidsmarkt.

In die twee jaar zijn tal van projecten gestart of doorontwikkeld – veertien stuks in totaal – die door de vier o’s vanuit onder meer de Tafel Leert en de Tafel Werkt werden geïnitieerd. In twee jaar tijd is enorm veel werk verzet, met mooie resultaten, constateren de secretarissen van de tafels. “Partners weten elkaar goed te vinden: er is volop dynamiek door die uitwisseling”, merkt Martine. Dat geldt ook voor de Tafels Leert en Werkt zelf, waar nauwelijks nog onderscheid tussen zit doordat de thema’s waaraan gewerkt elkaar nauw raken.

Kennisdeling

Het door het Rijk gesubsidieerde sectorplan Samen werk maken van werk gaf de afgelopen jaren een flinke impuls: er wordt volop geïnvesteerd in ontwikkeling van arbeidskrachten en in (leer)banen. Maar er gebeurt meer.

Martine Witteveen

Neem Deventer Scoort. Dit concept is uitgebreid naar alle gemeenten in de Stedendriehoek en binnenkort ook naar gemeenten op de Noord-Veluwe en naar Enschede. Op dit online sociale platform voor maatschappelijk ondernemen komt kennis samen en kunnen deelnemers ervaringen delen. De kracht: ondernemers motiveren elkaar als echte ambassadeurs om samen met gemeenten en sociale werkvoorzieningbedrijven mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in dienst te nemen. Deze ondernemers spreken uit ervaring en kunnen anderen daardoor goed informeren. De zogenoemde ‘stapelbanen’ – meerdere kleinere banen stapelen voor een bijna volledige werkweek - waar Apeldoorn ervaring mee opdeed, krijgt mogelijk ook regionale navolging. Martine: “Al dit soort voorbeelden wordt aan de Tafels gedeeld. Zo worden initiatieven zichtbaar en ontstaat meer kruisbestuiving.”

Voortijdig schoolverlaten daalt

Ook de Tafel Leert – bedoelt om de samenwerking tussen werkgevers en onderwijs te versterken en vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen – zorgde voor mooie opbrengsten.

Eén van de thema’s is bijvoorbeeld het terugdringen van voortijdig schoolverlaten (VSV). Mét een startkwalificatie (een diploma op minimaal mbo niveau 2 niveau of havo/vwo) heb je immers meer kansen op de arbeidsmarkt. “Afgelopen twee jaar is het aantal VSV’ers flink gedaald”, meldt Chris Lorist. Dat is een gezamenlijke prestatie van alle samenwerkende scholen en gemeenten (Leerplicht, Regionaal Meld- en Coördinatiepunt voortijdig schoolverlaters, red.), maar Lorist wil vooral Aventus complimenteren. De grootste mbo-school in de regio boekte prima namelijk resultaten in het op school houden van jongeren.

Chris Lorist

“Uiteraard gaan we voor een startkwalificatie voor iederéén”, benadrukt de secretaris. “ De ‘sluitende’ aanpak van Deventer, waarbij het RMC/Jongerenloket de verbindende schakel is tussen jongeren, onderwijs en werkgevers, is daarin een mooi voorbeeld, dat door andere gemeenten wordt overgenomen. “Of naar school, óf een baan”, vat Lorist samen.

Verbinding onderwijs bedrijfsleven

De komst van het Cleantech Center in Zutphen en de Technicampus in Deventer zorgde voor betere verbinding tussen de vraag van werkgevers en het onderwijs. “De instroom in de Technicampus neemt toe en de aansluiting tussen techniekonderwijs en de arbeidsmarkt wordt beter. Dat zien we bijvoorbeeld ook in de zorg: opleidingen spelen sneller in op veranderingen in de samenleving.”

Zo ontstond bijvoorbeeld de specialisatie voor wijkverpleegkundige, als antwoord op het meer wijkgericht werken dat gemeenten voorstaan. Een ander voorbeeld: het Etty Hillseum Lyceum in Deventer vlecht Cleantech in, in het onderwijs en wil zelfs ‘Eco-lyceum’ worden. Saxion startte een onderzoekslijn Cleantech en Aventus vlecht Cleantech als groene draad in de opleidingen Techniek & Mobiel.

Strategische Board, werkterreinen en projecten

In de Strategische Board Stedendriehoek werken ondernemers, overheden, onderwijs- en onderzoeksinstellingen samen aan een duurzaam en gezond klimaat in Cleantech Regio Stedendriehoek. Dat doen zij op verschillende werkterreinen: vestigingsklimaat, energie, werken, leren en innoveren. Via diverse projecten wordt daar door de vier eerdergenoemde ‘o’s’ aan gewerkt.

Lees meer over werkterreinen en projecten!

Toekomstanalyse

Veel dynamiek, veel resultaat. Maar klaar? Nee. Richting afloop van het Akkoord van Beekbergen kregen de tafelsecretarissen de opdracht om de ‘o’s’ mee te nemen richting toekomst.

Hoe ziet de arbeidsmarkt eruit in – zeg – 2030? Welke beroepen kennen we dan en welke niet meer? Wat betekent dat voor onderwijs, voor werkgevers en werknemers? Wat betekent robotisering voor de arbeidsmarkt? Draait het in het onderwijs straks nog wel om ‘kennis’ of alleen om vaardigheden ontwikkelen? Hoe zorg je ervoor dat regelgeving vernieuwing niet in de weg zit? Is een cao überhaupt nog houdbaar? Hoe kan iederéén in de toekomst blijven meedoen?

“We zullen ook ‘arbeid’ moeten herdefiniëren”, schetst Martine. “Neem alleen al de groep mantelzorgers bijvoorbeeld. Hoe lang houden we het als samenleving nog vol om dit niet als werk te zien?”

Dat wordt een inspirerend najaar, beamen Martine en Chris. Aan de Tafels wordt nu gekeken naar wat er de komende decennia waarschijnlijk op de Stedendriehoek afkomt, om vervolgens de vertaalslag te maken naar een nieuw plan voor na 2015. De rode draad, vertellen Martine en Chris: wat gaan de ‘o’s doen om een leven lang leren en werken mogelijk te maken? En: welke uitdagingen brengt dat met zich mee voor werknemers, werkgevers, onderwijs en overheden?

Lees meer …

Op de hoogte blijven van al het nieuws op het gebied van arbeidsmarkt en onderwijs? Meld je aan voor de nieuwsbrief!

Stedendriehoek Index

Stedendriehoek Index

"Goed omgaan met grondstoffen wordt concurrentievoordeel"

Hoe zit het met afval in onze regio? Doen we het goed als Stedendriehoek? Michiel Westerhoff, manager strategie en ontwikkeling van Circulus-Berkel, geeft tekst en uitleg.

‘Een afvalvrije maatschappij, een schone leefomgeving, een betrokken samenleving. Zo voegen we maatschappelijke meerwaarde toe aan de regio.’ Ziehier de missie van Circulus-Berkel. Het draait allang niet meer alleen om inzameling van afval in (onder meer) de Stedendriehoek. Circulus-Berkel is ook grondstoffenbedrijf dat waardevolle stromen vermarkt. Manager strategie en ontwikkeling van Circulus-Berkel Michiel Westerhoff laat zijn licht schijnen op ‘grondstoffen’ in de Stedendriehoek. Hij deelt ook de cijfers en ambities die daarbij horen.

Circulus-Berkel

Circulus-Berkel verzorgt het afvalbeheer en taken in de openbare ruimte voor acht gemeenten, die ook aandeelhouder zijn: Apeldoorn, Bronckhorst, Brummen, Deventer, Doesburg, Epe, Lochem en Zutphen. Het bedrijf heeft ruim 438 duizend inwoners als klant.

Regio Stedendriehoek is voorloper in Nederland als het gaat om afval. Al voor het landelijke programma ‘Van afval naar grondstof’ - dat streeft naar maximaal 100 kilo restafval per huishouden per jaar in 2020 – formuleerden bestuurders en afvalbedrijven in de Stedendriehoek een eigen ambitie.

Michiel Westerhoff: “De ambitie in deze regio ligt hoger: wij willen graag dat elk huishouden in 2030 nog slechts 10 kilo restafval per jaar produceert.” Sinds 2000 wordt daar hard aan gewerkt. Insteek: vooral veel van elkaar leren als gemeenten. Voor wie denkt: restafval? Het gaat om alles wat in de grijze container belandt. Dus geen ‘groen’ afval, papier, plastic of glas of ander recyclebaar materiaal.

Sinds 2000 is de totale hoeveelheid restafval in de regio van Circulus-Berkel met 40 duizend ton gedaald: een afname van 24 procent. Tegenwoordig gaat er gemiddeld nog 149 kilo per huishouden per jaar richting grijze container. “Het landelijk gemiddelde ligt op 240 kilo”, licht Westerhoff toe, “dus we doen het goed. De ene gemeente doet het trouwens al beduidend beter dan het regionaal gemiddelde, de andere zit er nog boven.” Nog een leuk weetje: het gemiddelde afvalscheidingspercentage ligt in de regio op 65 procent, terwijl dat landelijk 50 procent is.

Michiel Westerhoff

grafiekSDHindex.pngOp www.stedendriehoekindex.nl zijn onder het thema duurzame ontwikkeling > afval nog veel meer informatie en cijfers te vinden over afval(inzameling) in de regio.

Service en belonen

Wat zijn nu lessen van de afgelopen jaren? “We hebben geleerd dat serviceverlening belangrijk is: je moet het mensen makkelijk maken om hun afval te scheiden. Ook belonen als je het goed doet, werkt. Het Diftarsysteem: je betaalt minder afvalstoffenheffing als je minder restafval laat ophalen.”

Er draaien nu pilots waarbij die serviceverlening zich voorál richt op grondstoffen en juist minder op restafval. In de wijk Woudhuis is nu bijvoorbeeld een proef gaande waarbij bewoners een container hebben voor verpakkingsafval van plastic, metalen en drankkartons. Zij hebben hun container voor restafval ingeleverd. Dat brengen zij weg naar een ondergrondse opslag in de wijk. In andere gemeenten wordt het restafval minder vaak opgehaald en in Lochem hebben inwoners allemaal een ‘kleine’ grijze container voor restafval.

bekijk hier

Bekijk hier een filmpje over grondstoffeninzameling

“We gaan op 10 oktober tijdens de Dag van de Duurzaamheid ook starten met het project 100 – 100 – 100”, vertelt Westerhoff. Dit van oorsprong Zwolse concept van collega-bedrijf ROVA liet zien dat het honderd gezinnen prima lukte om honderd dagen grotendeels afvalvrij te leven. “Het kán dus wel”, constateert Westerhoff. “De deelnemers van 100 – 100 – 100 gaven aan dat het anders omgaan met afvalscheiding ze meeviel. Omgerekend hadden zij nog 22 kilo restafval per jaar.” Dat gaat al aardig richting de regionale ambitie …

Gedragsverandering: het is complex. Al is op hoofdlijnen dus veel geleerd via allerlei projecten, toch blijft het lastig om exáct te ontdekken hoe je gedrag effectief kunt beïnvloeden. “We zien in één wijk dat het ene gezin het heel goed doet, terwijl de buren juist veel afval produceren.” Inkomen, waar je woont of opleidingsniveau: veel blijkt het niet uit te maken voor hoe je omgaat met afval.

Focus op grondstoffen

“We focussen tegenwoordig steeds meer op grondstoffen en proberen daar waarde aan toe te voegen”, legt Westerhoff uit. Dat is waar de veelbesproken circulaire economie om draait. “We onderzoeken hoe we grondstoffen die er in de regio zijn, zoveel als mogelijk in de regio kunnen (her)gebruiken.”

Dat lukt al goed met papier. Er wordt nu ook gekeken naar mogelijkheden voor textiel en elektronica. Zo zijn veel meer voorbeelden te bedenken, die zeker interessant zijn voor bedrijven en instellingen in de regio. Ook in de openbare ruimte en bij instellingen moet afval scheiden ‘gewoon’ worden. “Het is natuurlijk heel onlogisch voor inwoners van de regio dat dit nog niet gebeurt”, vindt Westerhoff. Circulus-Berkel startte mede om die reden het project Cleanwise, om scholen afvalvrij te krijgen. Beetje vreemd is immers wel als je als kind thuis leert je afval te scheiden en op school alles in dezelfde prullenbak moet gooien... 

Cleantech Regio en grondstoffen

Er ontstaat steeds meer beweging, merkt Westerhoff. Ontwerpers worden zich bijvoorbeeld steeds bewuster van de noodzaak van duurzaam (her)gebruik van grondstoffen en dat geldt ook voor verpakkers. En hoe zit dat in de regio?

“Er komen steeds meer voorbeelden van bedrijven die kritisch kijken naar hun afvalstromen. Zij constateren dat zij geld weggooien, terwijl je juist kunt zorgen dat grondstoffen geld gaan opleveren.”

Zo bezien kun je als bedrijf de circulaire economie tot concurrentievoordeel maken, is Westerhoff’s overtuiging. “Wil je in de toekomst succesvol blijven in de regio, dan is het zaak om een grondige analyse te maken van de grondstoffenstromen. Ondernemers moeten de kansen gaan zien om waarde toe te voegen aan die grondstoffen.”

Beleef de stedendriehoek

Beleef de Stedendriehoek

Zomer! Tijd om lekker naar buiten te gaan en de mooie natuur in regio Stedendriehoek eens uitgebreid te verkennen. Vaar, overleef, fiets of loop! Of bezoek een museum als de zon een dagje niet schijnt.
 

Varen over de oude schipbeek

Wie wil weten hoe het Sallandse boerenleven zich sinds de 18e eeuw tot nu heeft ontwikkeld, kan zijn hart ophalen in Boerderijmuseum De Pothaar in Bathmen. Maar ook buiten op en rond het erf is van alles te beleven. Een vaartochtje met de zomp over de Oude Schipbeek is bijvoorbeeld de moeite waard.

Zomp? Jazeker. Dat is de benaming voor een platbodem. Schippers vervoerden er hun vracht mee over de Schipbeek, richting Hanzestad Deventer. De Pothaar had al in de 18e eeuw een eigen haventje en was schippersherberg. ’s Nachts werd natuurlijk niet gevaren en de schippers wilden de koude nachten niet doorbrengen in hun open schepen. Na een borrel en eenvoudige maaltijd kropen de schippers de hooizolder op of sliepen in de hooiberg.

Tegenwoordig is de hooiberg verdwenen, maar slapen kan ook anno nu wél op De Pothaar. Er zijn Boerderijkamers en Boerderijappartementen. Het oude haventje werd in ere hersteld en een replica van de oude zomp ligt in het water te wachten op opvarenden. Een picknickmand kan mee. www.depothaar.nl.

Bushcraft survival

Overleven in de natuur? Dat kan op de Veluwe! Hoe bouw je een onderkomen met middelen uit de natuur? Hoe maak je vuur? Eetbare planten herkennen en je maaltje maken met noten en vruchten: het komt allemaal aan bod. Natuurlijk leer je ook omgaan met bijl en mes. Interesse in deze spannende zaken? www.veluwe-events.nl.

Fietsen & proeven

Lekker op de fiets en genieten van streekproducten? Dat is de Smultour in de IJsselvallei. Je komt langs landweggetjes, dorpjes en natuurlijk de IJssel. Onderweg zijn er vijf afstapplaatsen waar je kunt smikkelen en smukkelen van glaasjes sap, gekonfijte cranberries, blokjes kaas en krentenbrood. Klik hier voor de route.

Bloemen ontdekken

Spaanse ruiter, parnassia, gevlekte orchis … Wie wil ontdekken hoe deze bijzondere bloemen eruit zien, moet naar het natuurgebied in Empe, bij Zutphen. Grote kans dat je ook nog de schaapskudde tegenkomt. In het natuurgebied leidt een vlonderpad je door het bijzondere (vaak natte) natuurgebied van Natuurmonumenten.

Fietsen langs landgoederen

Stichting IJssellandschap organiseert ook komende zomer diverse excursies voor wandelaars en fietsers. Neem de fietsexcursie Rijkdom en Verval, waarin je terug gaat in de tijd. Huis Nieuw Rande in Diepenveen en Havezate de Haere in Olst worden bezocht: de gids vertelt van alles over heden en verleden van deze locaties en hun (vroegere) bewoners. www.ijssellandschap.nl

Regenachtige dag? MORE!

Recent geopend in Gorssel: Museum MORE. Hier is tot 31 december de tentoonstelling Scherp kijken: traditie en eigenheid in de collectie van Museum MORE te zien. Het draait om de Nederlandse realisten van de afgelopen honderd jaar. www.museummore.nl

Cultureel samenwerken

De kracht van het verschil. Dat is de titel van het boekje dat de Culturele ‘kraamtafel’ opleverde, na tafelgesprekken tussen elf podia. Alex Kühne, directeur van de Deventer Schouwburg vertelt over de plannen voor regionale samenwerking.

Een sterk vestigingsklimaat heeft ook een sterk cultureel klimaat nodig. Inwoners van de regio willen goed bediend worden op het gebied van toneel, muziek, film en ander cultureel vermaak. Cultuur heeft niet alleen een sociale functie, maar zeker ook een economische: de aanwezigheid en kwaliteit ervan is een belangrijke vestigingsfactor.

Op uitnodiging van bestuurders in de regio, zijn de elf belangrijkste podia in de Stedendriehoek samen gaan ‘tafelen’. Die gesprekken hebben geleid tot een mooie opbrengst: meer inzicht in wat de diverse podia nu precies ‘leveren’ in de regio én concrete intenties voor samenwerkingsafspraken.

Podia Stedendriehoek: wie?

Aan tafel schoven aan: de Deventer Schouwburg, theater Hanzehof Zutphen, Theater & Congres Orpheus Apeldoorn, Schouwburg Lochem en Theater Bouwkunde Deventer. Naast deze theaters ook twee poppodia: het Burgerweeshuis en de Gigant Apeldoorn. Verder filmhuizen de Keizer Deventer, Luxor Zutphen en de Gigant Apeldoorn (naast poppodium ook filmhuis) en Het Koelhuis als podium voor culturele evenementen. Deze elf vormen samen de podiuminfrastructuur van de Stedendriehoek.

Zo’n uitnodiging van de regio is mooi, vindt tafeldeelnemer Alex Kühne van de Deventer Schouwburg. Er spreekt in elk geval uit dat het belang van cultuur wordt gezien, naast Cleantech en andere belangrijke regionale opgaven. En zoals dat gaat: wie met elkaar in gesprek raakt en elkaar beter leert kennen, weet elkaar daarna sneller te vinden.

Lokale verankering

“Als Deventer Schouwburg werken we al nauw samen met bijvoorbeeld theaters in Apeldoorn en Zutphen”, vertelt Kühne, “maar verder in de regio nauwelijks.” Dat komt ook omdat podia-bezoekers graag dichtbij huis uitgaan, zéér bijzondere voorstellingen uitgezonderd. Podia zijn dan ook primair lokaal georiënteerd en dat zal zo blijven. De meerwaarde van samenwerking zit dus vooral in andere dingen dan in het stimuleren van ‘publieksmobiliteit’.

“We hebben eerst eens uitgebreid kennisgemaakt”, blikt Kühne terug. “Wie zijn we, wat bieden we en over hoeveel stoelen praten we bijvoorbeeld eigenlijk in de regio?” Die inventarisatie maakte duidelijk dat de podia voor de circa 400 duizend inwoners van de regio een breed aanbod bieden. Van musical tot opera, van art-house films tot lokale bands: het is er allemaal. In totaal hebben de theaters 5500 ‘stoelen’ klaar staan voor bezoekers, de poppodia 1140 en de filmhuizen 350. Die worden vaak bezet, kijkend naar de afgelegde bezoeken. Voor theater zijn dat er ruim 300 duizend, voor poppodia ruim 75 duizend en film 90 duizend.

Kansen

Neem je de regio cultureel onder de loep dan blijkt dat de podia ook een heel divers aanbod bieden. Juist dit unieke verschil in kwaliteit en kwantiteit gaan de podia de komende jaren versterken door samenwerking en een gezamenlijke culturele agenda. Denk ook aan gezamenlijke marketingactiviteiten, een krachtigere, culturele positionering van de Stedendriehoek en samenwerking achter de schermen door activiteiten in de backoffice te verbinden. “Daar is zeker een slag te winnen”, denkt Kühne.

Misschien ook wel een noodzakelijke slag, omdat alle culturele instellingen het tegenwoordig met (steeds) minder geld moeten doen. Aan de andere kant maakt dat ook creatief en innovatief. De Deventer Schouwburg wist de afgelopen jaren het aantal activiteiten te laten groeien van 177 naar 600, het aantal bezoekers verdubbelde zowat in zes jaar tijd en ook de omzet nam met bijna een derde toe. Dat succes laat zich grotendeels verklaren door de vraaggerichte werkwijze: je vindt ‘de stad’ zelf op het podium, in de vorm van allerlei werkgroepen die hun ideeën tot producties weten te brengen. Het zijn precies dit soort praktijkvoorbeelden die de podia willen delen met elkaar.

Leuke vergezichten

“De regionale samenwerking geeft nieuwe energie”, constateert Kühne. Als nu ook bestuurders en ‘cultuurambtenaren’ elkaar vinden, kan samen ingezet worden op een gezamenlijke regionale ambitie, van bestuurders en uitvoerders. Waarom niet opgaan als Culturele Hoofdstad? Of onderzoeken welke Europese fondsen interessant zijn voor de culturele regio? “Dat zijn toch leuke vergezichten.” Voorwaarde is wel dat alle partijen “over eigen hekjes” heen springen, zoals Kühne dat benoemt. Daar hoort bij: durven investeren in cultuur. “Waarom niet meer ambtenaren culturele zaken benoemen die kunnen verbinden en kunnen schakelen met grote bedrijven en Europese fondsen?”, roept Kühne op.

Lees meer …

De samenwerkende podia maakten een inventarisatie van mogelijke samenwerking. Daarin worden genoemd: regionale profilering, programma-afstemming, een gezamenlijke marketingstrategie, kennisdeling en samenwerking. Op de agenda voor na 2016 staan als ideeën onder meer: gezamenlijk publiekskennis verdiepen, investeren in e-marketing en sociale media, een gezamenlijke nieuwsbrief om regionaal bijzondere functies onder de aandacht te brengen en ICT-investeringsprogramma’s op elkaar afstemmen.

Een beter bereikbare regio

De top 3 van Jos Penninx

Slim Reizen Stedendriehoek beleefde een voortvarende eerste anderhalf jaar. Een geslaagde fietsactie, een nieuwe buslijn in Apeldoorn en nog veel meer initiatieven die de bereikbaarheid van onze regio verbeterden. Jos Penninx (portefeuillehouder Duurzame mobiliteit van de regio) deelt zijn drie favorieten uit alle maatregelen van het afgelopen jaar. Plus: een doorkijkje naar het vervolg.
 

1: Sneller met de bus naar Apeldoorn Zuid 

“De beste ideeën ontstaan door samenwerking. Voor de overheid zie ik daarin een rol van vooral stimuleren en coördineren, niet dirigeren. De nieuwe buslijn 14 Apeldoorn Zuid Businessline is een mooi voorbeeld”, vertelt Penninx. Bedrijven, overheid en vervoerder Syntus zorgden samen voor een nieuwe buslijn, die een kortere route rijdt, vaker rijdt en minder vaak stopt. Penninx: “De bedrijven zijn nu beter bereikbaar, de medewerkers hebben een betere verbinding met het station en de vervoerder krijgt meer opbrengsten. Voor dit soort mooie publiek-private initiatieven stelt onze regio graag een financiële ondersteuning beschikbaar.”
 

2: Bijna 2 duizend mensen pakken de fiets naar het werk

“Iedereen is het erover eens dat de fietsactie Samen Schakelen een overweldigend succes was. Automobilisten kregen een fikse korting op de aanschaf van een (elektrische) fiets als ze die voor minstens de helft van hun woon-werkverkeer gingen gebruiken”, aldus Penninx. Bijna 2 duizend mensen deden aan de actie mee. Samen zorgen zij elke week voor circa 8.500 minder autoritten in de spits. “Een enorm aantal, maar we denken dat we nóg meer mensen kunnen verleiden om de auto te verruilen voor een fiets. Daarom overwegen we om de actie in 2015 te herhalen.”

Lees meer …

2015: carpool-app?

In mei is een nieuw team gestart dat alle acties voor Slim Reizen Stedendriehoek van 2015 tot en met 2017 uitvoert. Uiteraard in nauwe samenwerking met bedrijven, instellingen en de Mobiliteitstafel, die Jos Penninx voorzit. Hij kijkt uit naar nieuwe maatregelen. “Zo onderzoeken bedrijven en ons team of er een carpool-app kan komen. Daarmee kunnen medewerkers van verschillende bedrijven op eenzelfde bedrijventerrein gemakkelijk afspreken om te carpoolen.”


3: Elkaar inspireren tijdens werkgeversbijeenkomsten

Slim Reizen Stedendriehoek organiseerde in 2014 vier bijeenkomsten voor werkgevers. Hoe maak je optimaal gebruik van de Werkkostenregeling? Hoe krijg je langdurig zittende werknemers in beweging? Deelnemers aan deze bijeenkomsten krijgen tips waarmee ze concreet aan de slag kunnen in hun eigen organisatie. “Stuk voor stuk inspirerende bijeenkomsten met enthousiaste deelnemers. Dit krijgt dus zeker een vervolg in 2015!”, besluit Penninx.

Lees meer …

Slim-reizen-Schultz-van-Haegen-4420.jpg

BETER BENUTTEN

Op 25 juni presenteerde Slim Reizen Stedendriehoek de resultaten van afgelopen periode aan minister Schultz van Haegen tijdens de Beter Benutten Resultatendag. De minister bezocht de stand van Slim Reizen Stedendriehoek en toonde zich vooral enthousiast over de fietsactie Samen Schakelen en de nieuwe busverbinding Lijn 14 Apeldoorn Zuid Businessline. Lees meer op onze site.

Bureaunieuws

Carine Verheggen: nieuwe secretaris Stedendriehoek

“Op 1 augustus start ik als secretaris van de Regio Stedendriehoek. Ik zie daar enorm naar uit. De Stedendriehoek heb ik leren kennen als een dynamisch gebied waar overheid, ondernemers en onderwijs samen de schouders zetten onder de ambitie om een optimaal vestigingsklimaat te realiseren. Deze publiek-private samenwerking uit zich niet alleen in de realisatie van projecten, maar ook in de gezamenlijke strategische visie over de ontwikkeling van de Stedendriehoek als Cleantech Regio. Een spannende en beloftevolle ontwikkeling die niet vanzelf gaat en het uiterste vergt van alle betrokken partijen. De samenwerkende gemeenten in de regio zie ik daarbij gezamenlijk optrekken vanuit hun kracht. Een vrijwillige, maar niet vrijblijvende samenwerking. Die in de huidige tijdsgeest vraagt om scherpe keuzes, maar er daarna ook vol voor gaan. Ook mijn energie wil ik daarvoor inzetten. Mijn hart ligt bij het werken aan maatschappelijke opgaven. Ik word enthousiast van het samenwerken met mensen vanuit een verschillende achtergrond waarbij we verbindingen kunnen leggen die we tot dan niet eerder zagen. En waarmee we komen tot nieuwe en betere oplossingen. Spreek mij daarop ook aan!”

Andreas Noordam

Andreas Noordam programmamanager Basismobiliteit

Andreas Noordam, als beleidsontwikkelaar werkzaam bij de gemeente Zutphen, is sinds 2015 programmamanager Basismobiliteit voor de Stedendriehoek, Hattem en Heerde. Hij geeft leiding aan de projecten in de regio om te komen tot een nieuwe regionaal vervoerssysteem. In dit nieuwe systeem wordt het gemeentelijk vervoer en het aanvullend openbaar vervoer ondergebracht. Waar mogelijk worden de verschillende vormen van vervoer gecombineerd. De colleges besloten onlangs dat een regionale (gemeentelijke) regiecentrale de ritten gaat plannen en coördineren. De gezamenlijke aanpak moet leiden tot een betaalbaar en duurzaam vervoerssysteem voor de regio Stedendriehoek, Hattem en Heerde. De regionale schaal is logisch omdat vervoersstromen over gemeentegrenzen heen gaan. “De voorbereiding van het nieuwe vervoerssysteem gebeurt met een fantastische groep collega’s. Zij werken met veel energie en enthousiasme samen.”

Team Slim Reizen Stedendriehoek

Slim Reizen Stedendriehoek werkt aan slimme oplossingen om files in de spits tegen te gaan. De komende jaren werkt Slim Reizen Stedendriehoek verder aan de doorstroming in de regio en het verbeteren van het vestigingsklimaat, als onderdeel van het landelijk programma Beter Benutten. Want duurzaam werken en bewust reizen maakt organisaties beter bereikbaar en aantrekkelijker als werkgever. Werknemers worden productiever en effectiever. Het team Slim Reizen ondersteunt werkgevers bij vraagstukken als:

- hoe zorg je ervoor dat medewerkers vitaler naar hun werk komen en minder in de file staan?
  De gratis Slim Reizen scan geeft je als werkgever de antwoorden in de vorm van concrete tips;
- hoe maak je slim gebruik van de Werkkostenregeling;
- uitwisselen van best practices en ideeën delen.
 

Ook ideeën voor Slim Reizen? Benader één van de teamleden hieronder.

Oscar Roelofs

Oscar Roelofs 

Mobiliteitsregisseur

06-52442112

oscar.roelofs@slimreizenstedendriehoek.nl

Richard Gijsbers

Richard Gijsbers:

Mobiliteitsadviseur 

06- 42128350 

richard.gijsbers@slimreizenstedendriehoek.nl

Mirjam Kisters

Miriam Kisters

Communicatie en PR 

06-42899271

miriam.kisters@slimreizenstedendriehoek.nl

Arjan Brink

Arjan Brink

Projectleider 

06-30604887

arjan.brink@slimreizenstedendriehoek.nl

Angelique Jensen

Angelique Jensen

Projectsecretaris 

06-81425401

angelique.jensen@slimreizenstedendriehoek.nl

Column: Op de bank bij... Alex van Hedel

Focus, resultaten en groei

Alex van Hedel

Mensen, bedrijven en maatschappelijke partners willen zich ontplooien. Werk en markten zijn overal. Grenzen vervagen. Nieuwe technologieën bieden kansen. Bedrijven in Brummen en regiogemeenten zijn succesvol in Europa en soms zelfs op wereldschaal. Samenwerking in de regio biedt kansen. Opgaven rond werken en wonen bereiken we zo effectiever.

De regio Stedendriehoek is vooruitstrevend in haar ambities. Ambities die met betrokkenheid van overheid, onderwijs en bedrijfsleven zijn vormgegeven. Een mooie ontwikkeling. Een overheid die verbinding zoekt is beter in staat om resultaten te boeken. De omgeving is complex en dat vraagt om systemen die hierin succesvol kunnen opereren. De tijd van de ivoren toren ligt ver achter ons. Een mooie basis voor de toekomst. Ik ben verheugd om hier deel van uit te maken. 

In de regio is veel energie gestoken om de opgaven in beeld te brengen. Dit vraagt om keuzes en focus. Daar past bij dat we als regio werken vanuit gemeenschappelijke doelstellingen met één heldere agenda en duidelijke focusgebieden. In de afgelopen periode heb ik kennis gemaakt met de diverse regionale agenda’s. Dit kan beter. Inwoners moeten we op een heldere en duidelijke manier aangeven waar we ons op richten. Meerwaarde creëren voor inwoners vormt immers ons bestaansrecht. Dit kan alleen met een hoogwaardig kompas.

Papier is geduldig. Gelukkig zou ik zeggen, omdat Brummen een sterke papierindustrie kent. Maar wat ik hiermee bedoel is dat agenda’s bestuurlijk prima instrumenten zijn: We werken samen, creëren commitment en leggen focus. Maar dan?

Baten worden niet gerealiseerd aan de bestuurstafel. Baten komen tot stand in de praktijk in activiteiten en projecten. In de afgelopen jaren hebben we op dit vlak al stevige resultaten geboekt. Denk aan de totstandkoming van het Cleantech Center. Een fysiek gebouw waarin mensen actief zijn en met kansen voor economische ontwikkeling. In de echte wereld; weg uit de bestuurlijke realiteit. Neem ook andere projecten zoals rond de arbeidsmarkt die mede mogelijk zijn gemaakt met middelen vanuit de provincie en Europa. Meer dan ooit moeten we laten zien welke concrete resultaten we bereiken en of we daarmee onze doelstellingen realiseren.

Een uitdaging. We opereren in een dynamisch omgeving. Overheid, ondernemers en onderwijs werken samen in hybride samenwerkingsverbanden. Snel en flexibel spelen we in op de veranderende omgeving. Maar wel met focus vanuit een gezamenlijke agenda. Bestuurlijk staan we gezamenlijk -overheid, onderwijs en bedrijfsleven- hiervoor aan de lat. Dit vraagt om meer aandacht voor samenhang en sturing van projecten en activiteiten, met  als uiteindelijk doel concrete resultaten voor onze inwoners. 

Met beide benen op de grond en de voeten in de klei. De basis voor de groei en verdere ontplooiing van de regio. Een aantrekkelijk vooruitzicht.
 

Alex van Hedel
Burgemeester Brummen
(lid van het DB vanaf 25 juni 2015)

COLOFON

Online Magazine Driehoeksverhouding

  • De Driehoeksverhouding is een uitgave van de regio Stedendriehoek en verschijnt driemaal per jaar.
  • Het e-zine wordt toegezonden aan bestuurders en ambtenaren in de regio Stedendriehoek, (maatschappelijke) organisaties, ondernemers, (onderwijs) instellingen die op het niveau van de Stedendriehoek werken, en aan iedere andere geïnteresseerde.

 

Voor informatie:
Bureau Stedendriehoek
Telefoon: (0571) 279874
E-mail: info@regiostedendriehoek.nl
Twitter: https://twitter.com/regio_S3H
Web: www.regiostedendriehoek.nl

  • Tekst:
  • Anne-Marie Veldkamp Journalistiek & Communicatie en Janneke Panneman, Gülay Yildirim en Gerardy Hulsbergen (Bureau Stedendriehoek)
     
  • Eindredactie:
  • Janneke Panneman, Bureau Stedendriehoek
     
  • Foto’s:
  • Erwin Zijlstra (EZ fotografie), Vincent Tollenaar, Anne-Marie Veldkamp Journalistiek & Communicatie, Bureau Stedendriehoek
     
  • Realisatie & vormgeving:
  • Peter Dees, ZinOntwerpers (Zwolle)
     
  • Tips? We hebben ons uiterste best gedaan om een prettig, leesbaar magazine te maken. Suggesties voor verbeteringen zijn uiteraard welkom. Dit kan via bovenstaand emailadres. 
. . . . . . . . . . . . . . .